Een gesprek over de toekomst van werk
A-Z Night #7: een verslag van Jozefien Van Beek
Digitalisering, robotisering en kunstmatige intelligentie: het zijn innovaties die ons werk en dus ons dagelijks leven ingrijpend kunnen veranderen, en al aan het veranderen zijn. Robots die het werk van arbeiders overnemen, de boom van freelance werk, de evenredige explosie van burnouts. Hoe ziet de toekomst van werk eruit? Die vraag stond centraal tijdens A-Z night #7. Jozefien Van Beek deelt haar reflecties over deze avond.
Zo’n vier keer per jaar krijg ik een kleine tot middelgrote existentiële crisis. En in tachtig procent van de gevallen gaat het dan over werk. Twijfels. Over de zin ervan. Over wat het financieel opbrengt. Over de manier van leven die het met zich meebrengt. Ik ben uiteraard niet de enige. Op welke manieren het allemaal kan mislopen beschreef Christophe Van Gerrewey in zijn tragi-komische roman Werk Werk Werk, waarin hij de hedendaagse arbeidsmarkt fileert.
Enkele maanden terug schreef freelance schrijver en opiniemaker Meredith Greer in HP De Tijd een stuk met de sprekende titel ‘Freelancen: een elegante manier om uitgebuit te worden’. Greer legt de vinger zo accuraat op de wonde dat ik haar artikel het liefst gewoon integraal zou overnemen. Auteur Lieke Marsman vatte het raak samen in een tweet: het freelancerschap is Russische roulette spelen met je bestaanszekerheid.
Silvio Lorusso, die zichzelf omschrijft als een “designer without qualities, an artist without a gallery and a writer without a spell checker”, verdiepte zich in het freelancerschap: hij onderzocht hoe technologische en sociale transformaties de organisatie van freelance werk beïnvloeden. Zo zoomt hij in op het platform Fiverr, dat de freelancergedreven economie nieuwe vormen doet aannemen. Fiverr is een online markt voor mensen die diensten willen leveren voor vijf dollar. Acht jaar na de oprichting is de website momenteel het grootste online platform voor freelancers. De pragmatische baseline luidt: ‘Don’t Just Dream, Do’.
“I’m a designer without qualities, an artist without a gallery and a writer without a spell checker”
— SILVIO LORUSSO
Freelancers delen hun talenten op in taken die ze voor vijf dollar kunnen en willen uitvoeren. Sommigen gaan zo goedkoop mogelijk, anderen gaan voor kwaliteit – intussen is er ook Fiverr PRO, voor high-end freelancers. Enerzijds geeft Fiverr freelancers de mogelijkheid in contact te komen met klanten van over de hele wereld, om van thuis te werken en toch een gigantisch netwerk op te bouwen. Zo interviewde Lorusso een Italiaanse vertaalster die Fiverr “a godsent” noemt, omdat ze zonder het platform niet aan voldoende werk zou kunnen raken. Van thuis uit werken – of zelfs vanuit bed – is al langer mogelijk dankzij het internet en de laptop, en Fiverr creëert als ‘middleman’ extra werkopportuniteiten. (Terzijde: ikzelf ben deze tekst aan het schrijven in een koffiebar, waarvoor dank, Wifi-signaal.) Anderzijds werkt Fiverr het failliet van kwaliteit in de hand. Zo was er reclame op Facebook met de vraag: ‘Why Pay $100 For A Logo?’. De totale devaluatie van het vak van de ontwerper dus.
Bovendien verheerlijkt Fiverr het idee van ‘druk druk druk’, met onder meer een reclamecampagne met affiches van een knappe vrouw, donkere haren in de war; ze ziet eruit als een Calvin Klein model uit de jaren negentig, toen de junk look nog in was. Het was vooral de tekst eronder die wereldwijd op verbijstering stuitte: ‘You eat coffee for lunch. (…) Sleep deprivation is your drug of choice. You may be a doer.’ Op deze manier glorificeert Fiverr een ongezonde levensstijl die vooral uit werken bestaat. Veel werk en ‘het druk hebben’ als statussymbool. Maar: All work and no play makes Jack a dull boy, weet je nog? Want dankzij de technologie zijn we via onze laptop, of anders wel onze smartphone, steeds bereikbaar en dus zo goed als altijd aan het werken.
“Von Roeder stelt voor om de automatisering aan te grijpen voor een overgang van labor naar work, een overgang dus van een activiteit die we doen uit economische noodzaak naar een activiteit die we doen uit intrinsieke motivatie.”
— JOZEFIEN VAN BEEK
Lijnrecht tegenover Fiverrs verheerlijking van workaholisme staat het project van social designer Ottonie von Roeder. Zij studeerde in 2017 af aan de Design Academy in Eindhoven met het project the Post-Labouratory, waarmee ze ook werd genomineerd voor de Gijs Bakker Award. Ze onderzoekt de mogelijkheid van een leven zonder werk wanneer dat wordt overgenomen door robots. “Volgens onderzoekers kunnen 47 tot 80 procent van de huidige jobs waarschijnlijk geautomatiseerd worden in de komende twintig jaar”, aldus Von Roeder. In plaats van te vrezen voor dystopische toekomstvisies, moeten we de situatie zien als een kans.
Katia Truien, onderzoeker bij Het Nieuwe Instituut, vertrok voor de tentoonstelling WORK, BODY, LEISURE, die ze cureerde voor de 16e editie van de Architectuurbiënnale in Venetië, van een gelijkaardig uitgangspunt. In 1961 hield de Nederlandse kunstenaar Constant Nieuwenhuijs een lezing over New Babylon aan de TU Delft. In zijn utopie New Babylon hoeft ook niemand meer te werken dankzij de automatisering van werk – iedereen zal bevrijd zijn van de “tirannie van de arbeid”. In zekere zin liep Nieuwenhuis dus voor op Von Roeders Post Labour Society.
Filosoof Hannah Arendt maakt in haar boek The Human Condition (1958) een onderscheid tussen ‘labor’ en ‘work’. Labor is een cyclisch en futiel proces, en de belangrijkste manier om een inkomen te bekomen. Work daarentegen is een extreem belangrijke activiteit voor de mens: creativiteit en tevredenheid komen eruit voort. Von Roeder stelt voor om de automatisering aan te grijpen voor een overgang van labor naar work, een overgang dus van een activiteit die we doen uit economische noodzaak naar een activiteit die we doen uit intrinsieke motivatie. Ze stelt enkele zeer concrete vragen, zoals: Wat als een robot jouw job kon doen? Wat zou je doen als je niet meer hoefde te werken?
Wat als vrije tijd een fundamenteel recht wordt in plaats van een luxe? Zo ver zijn we nog niet. Von Roeder stoot in haar onderzoek op heel wat verzet. Mensen zijn bang, ze weten niet wat te doen als ze niet meer moeten werken. Werk hangt zo sterk samen met status en identiteit dat mensen de zogenaamde Post Labor Society vrezen. Daarom moeten we eerst de juiste sociale en economische context creëren. Onder meer het basisinkomen, waarover grondlegger Philippe Van Parys jaren geleden al schreef, is daarvoor noodzakelijk.
Automatisering van werk en een basisinkomen voor iedereen? Werknemers in zogenaamde ‘bullshitjobs’ zouden er alvast hun voordeel mee kunnen doen. Ongelukkig zijn en burnouts zijn namelijk niet het alleenrecht van de freelancer, ook mensen in loondienst voelen zich ellendig. ‘Van bullshitjobs krijg je heel ongelukkige mensen’, kopte De Morgen onlangs. Aanleiding was het boek Bullshit jobs van de Amerikaanse antropoloog David Graeber. Als alle lobbyisten of bedrijfsjuristen van de planeet verdwenen, zou niemand hen missen, zelfs niet hun eigen cliënten, stelt hij. Maar als vuilnisophalers, kinderverzorgers, onderwijzers en verplegend personeel het werk neerleggen, zou de maatschappij transformeren tot een totale dystopie nog voor u ‘pensioengerechtigde leeftijd’ kan zeggen. Daarover schreef Rutger Bregman vier jaar geleden al het boekje Waarom vuilnismannen meer verdienen dan bankiers.
Ontstellend veel mensen vinden niet dat ze met hun job een zinvolle bijdrage leveren aan de wereld. En dan gaat het, voor alle duidelijkheid, niét om slecht betaalde jobs. Eén van Graebers interviewees mocht meer dan 13.000 euro factureren voor een verslag van twee bladzijden voor een klant die het zou presenteren op een vergadering. Het werd niet gebruikt omdat ze nooit aan het agendapunt zijn toegekomen. Veel mensen met een bullshitjob worden dus goed betaald. En toch zijn ze ongelukkig. Want een gevoel van nutteloosheid knaagt aan je gevoel van eigenwaarde. Dostojevski wist het al: als je een man volledig wil verpletteren en vernietigen, hem de meest verschrikkelijke straf wil opleggen, hoef je hem maar werk te laten uitvoeren dat volkomen ontdaan is van alle nut en betekenis. Deze week staat in HUMO een interview met VDAB-baas Fons Leroy, die in zijn nieuwe boek No Jobs stelt dat robots ons niet zullen vervangen, maar ons werk weer zinvol zullen maken. “We kunnen de repetitieve, geestdodende taken uitbesteden aan computers”, zegt hij. “Zo komt er tijd vrij voor prettige en meer zinvolle taken waarmee de mens het verschil kan maken.”
Al in 1928 voorspelde John Keynes dat de technologische vooruitgang zo’n grote welvaart zou genereren dat mensen gek zouden worden van te veel vrije tijd en verveling. Negentig jaar later zijn politici zo gefixeerd op het creëren van banen, dat ze er niet bij stilstaan wélke, en of ze wel noodzakelijk zijn. Blijkbaar zijn we nog niet klaar voor een Post Labor Society. Graeber pleit daarom eveneens voor het basisinkomen en sluit zo mooi aan bij Bertrand Russels essay ‘In praise of idleness’. In 1932 vond Russel al dat er veel te veel gewerkt wordt, louter en alleen omwille van het boosaardige geloof dat werk deugdzaam is. Terwijl vrije tijd essentieel is voor een beschaving.
Toen ik vanmorgen naar mijn kantoor fietste, zag ik een jongen viool spelen, met zijn pupiter aan de rand van een park. Dat lijkt niets met het voorgaande te maken te hebben. Maar op een of andere manier ook weer wel.